Wanneer je last hebt van een bobbeltje op je lip, dan kan het zijn dat er een slijmcyste zit. Wat is een slijmcyste precies en waardoor ontstaat deze?

Wat is een slijmcyste?

Een slijmcyste is een holte gevuld met slijm. De medische naam voor een slijmcyste is een mucocèle. In de meeste gevallen zitten slijmcystes aan de binnenkant van de onderlip. Een slijmcyste op de bovenlip is zeer zeldzaam. In sommige gevallen wordt het gezien in de wang of in de mondbodem. Wanneer de cyste in de mondbodem zit, in één van de uitvoergangetjes van de ondertongspeekselklier, dan wordt dit een ranula genoemd. In de volksmond wordt er dan ook wel gesproken over een kikvorsgezwel, vanwege de gelijkenis met de kikkerblaas.

Symptomen van een slijmcyste

Een slijmcyste op de lip is te herkennen aan een bolronde bult die op de lip ontstaat. Vaak ontstaan ze in korte tijd. Denk aan periode van 2 tot 6 weken. Ze kunnen in grootte variëren van enkele millimeters tot 1 ½ cm. De bult is gevuld met speeksel en kan wat blauwig doorschemeren.

Een ranula, een slijmcyste in de mondbodem, is ook gevuld met speeksel, maar deze kan qua grootte variëren van 1 tot 3 cm. Ook hier is de cyste te herkennen aan de blauwig transparante zwelling.

In de meeste gevallen doet een slijmcyste geen pijn, wel kan het een irriterend gevoel veroorzaken. Het is een goedaardige aandoening.

Oorzaken van een slijmcyste

In de mond en lippen zitten vele kleine speekselkliertjes. Deze maken het speeksel in de mond aan en houden de mondholte vochtig. De afvoergang van één van deze speekselklieren kan verstopt raken. Hierdoor kan het speeksel niet meer weg en hoopt zich dan op direct onder het slijmvlies. De oorzaak van dit verstopt raken kan een ontsteking of een trauma zijn. Bij een trauma kun je denken aan een verwonding van de lip, bijten op de lip of velletjes die worden losgetrokken. Ook kan een slijmpropje of speekselsteentje de oorzaak van de afsluiting zijn. Echter, in sommige gevallen ontstaat de verstopping zomaar.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

In de mond en lippen zitten vele kleine speekselkliertjes. Deze maken het speeksel in de mond aan en houden de mondholte vochtig. De afvoergang van één van deze speekselklieren kan verstopt raken. Hierdoor kan het speeksel niet meer weg en hoopt zich dan op direct onder het slijmvlies. De oorzaak van dit verstopt raken kan een ontsteking of een trauma zijn. Bij een trauma kun je denken aan een verwonding van de lip, bijten op de lip of velletjes die worden losgetrokken. Ook kan een slijmpropje of speekselsteentje de oorzaak van de afsluiting zijn. Echter, in sommige gevallen ontstaat de verstopping zomaar.

Behandeling van een slijmcyste

Behandeling is niet altijd noodzakelijk. In sommige gevallen gaat de cyste vanzelf weg. De bult kan ook leeg raken, nadat er op gebeten is. Hierbij komt er een dikke, slijmachtige vloeistof vrij. Wanneer de vloeistof weg is, verdwijnt de zwelling spontaan. Helaas komt de slijmcyste in deze gevallen na enige tijd weer terug. Aanprikken van de zwelling heeft dan ook geen zin.

Wanneer de cyste niet vanzelf weggaat, dan zal deze chirurgisch moeten worden verwijderd. Onder lokale verdoving wordt er een klein sneetje in de lip gemaakt. Via dat kleine sneetje wordt de cyste samen met nabijgelegen speekselkliertjes er uit gehaald. Daarna wordt het wondje met een oplosbare hechting gehecht. Binnen een week verdwijnen de oplosbare hechtingen vanzelf.

Vervolgens zal de kaakchirurg het verwijderde weefsel naar het laboratorium sturen om de diagnose te laten bevestigen. De kans dat een slijmcyste in de lip weer terugkomt, is ongeveer 10%.

Een ranula van de mondbodem is niet zo makkelijk weg te halen. Dit wordt onder narcose verwijderd door de kaakchirurg of KNO-arts. De kans op het opnieuw ontstaan van een ranula is echter groot (ongeveer 50%). In sommige gevallen wordt er hier gekozen om de ondertongspeekselklier te verwijderen.

Bronnen: mcl.nl, elkerliek.nl en huidziekten.nl